Deze week publiceerde het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) een alarmerend rapport waarin duidelijk wordt beschreven hoe urgent en ernstig de situatie is en dat de uitstoot van broeikasstoffen drastisch en snel moet worden verminderd. Daarom is er nu van echt iederéén actie nodig en moeten alle hens aan dek. Zo ook op de Noordzee. Vanuit de visserij klinken geluiden van protest tegen maatregelen voor duurzame energie en natuurherstel. Continue verduurzaming van de visserij en het opwekken van duurzame energie door wind op zee zijn de enige manieren om de Noordzee en haar kwetsbare natuur weerbaar te maken tegen de opkomende klimaatuitdagingen.
Verduurzaming van visserij
Verduurzaming van visserij is essentieel voor een gebruik van de Noordzee dat in balans is met het hele ecosysteem. Dit betekent een visserij die volledig is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten, dat er niet meer wordt gevangen dan er natuurlijk wordt aangevuld, dat er lage tot geen ongewenste bijvangst is en dat de impact op de zeebodem zo laag mogelijk is. Het betekent ook dat ecologisch belangrijke gebieden met rust worden gelaten. Anno 2021 is 0,3% van de Nederlandse bodem in ecologisch belangrijke gebieden beschermd tegen bodemberoerende visserij. Dat is te laag.
Een duurzame visserij is ook vrij van schadelijke emissies naar water en lucht. Hierbij is te denken aan plastic vervuiling door visserijafval, maar het betreft evenzeer de uitstoot van CO2 en stikstof. Vissersschepen gebruiken namelijk veelal grote hoeveelheden brandstof voor het stomen en het slepen van zware tuigen. Gedurfde technische innovaties en continue verbetering op basis van de hierboven genoemde uitgangspunten dragen eraan bij om de effecten van visserij op de natuur te minimaliseren en de kans op herstel mogelijk te maken.
Wind op zee nodig
Om de doelen van het klimaatakkoord van Parijs te halen, moet er tegen 2030 55% CO2 reductie hebben plaatsgevonden. Dit verhoogt de druk om meer windenergie op zee te realiseren. De Nederlandse overheid heeft als doelstelling om per 2030 tussen de 21,5 gigawatt en per 2050 de 70 gigawatt wind op zee te verwezenlijken.
Voor het klimaat is windenergie op zee noodzakelijk, maar over de ecologische effecten van de windmolenparken op zee is nog veel onbekend. De grote veranderingen op de Noordzee bieden een kans om een nieuwe balans te creëren, waarbij natuur en menselijk gebruik samengaan. Daarvoor is het wel essentieel dat nieuwe windparken natuurbeschermend- en versterkend worden gebouwd en dat onderzoek naar de ecologische effecten windparken op zee wordt geïntensiveerd. Dankzij het Noordzeeakkoord wordt een grootschalig ecologisch monitorings- en onderzoekprogramma opgezet tot 2030. Het is belangrijk om daarmee de ecologische impact van wind op zee in kaart te brengen.
Noordzeeakkoord
In 2020 is het Noordzeeakkoord gesloten waarin de verschillende belangen van natuur, visserij, de productie van groene energie, olie- en gaswinning en defensie zijn afgewogen. Het Noordzeeakkoord voorziet in 13,7% bodembescherming in 2023 in natuurgebieden op zee, oplopend tot 15% in 2030. Voor de visserij is een groot fonds opgesteld om te helpen bij de transitie en om gedegen onderzoek te doen. Tevens staat beschreven dat bij de aanbesteding van nieuwe windparken in het vervolg een transparante afweging van belangen zal plaatsvinden, zodat per windpark maatwerk kan worden geleverd, bijvoorbeeld met betrekking tot meervoudig gebruik.
De huidige klimaatproblematiek vraagt om een oplossing waar iedereen aan bijdraagt. Dat heeft het rapport van het IPCC deze week nog maar eens bevestigd. Als alle partijen betrokken zijn en actie ondernemen kan het Noordzeeakkoord snel worden uitgevoerd en zullen de doelen van het Parijsakkoord weer een stapje dichterbij komen.