Natuur & Milieu en Stichting De Noordzee doen onderzoek naar onderwaternatuur in windmolenparken. De eerste onderzoekslocatie is windmolenpark Luchterduinen. Dit najaar zijn daar een aantal oesterkooien en rifballen geplaatst. Afgelopen dagen vond voor de eerste keer een monitoringsexpeditie plaats. Uit de eerste resultaten blijkt dat natuurontwikkeling binnen windmolenparken kansrijk is, maar dat het ontwerp van de huidige kunstriffen niet past bij de condities in het windmolenpark. De organisaties hebben daarom besloten het ontwerp van de kooien eerst aan te passen en dan verder te gaan met het onderzoek op zee.
De natuurorganisaties werken in het project ‘De Rijke Noordzee’ samen met Eneco Luchterduinen, Van Oord en ASN Bank. De natuurontwikkeling in het park wordt wetenschappelijk onderzocht door Wageningen Marine Research, Bureau Waardenburg en Sas consultancy. Gezamenlijk werken zij aan een blauwdruk voor natuurontwikkeling binnen windmolenparken. De organisaties zijn wereldwijd pionier op dit terrein.
Resultaten
Bij het ophalen van de oesterkooien bleek dat het merendeel van de oesters de winter niet heeft overleefd. Een deel van de kooien is in de bodem weggezakt, waardoor de oesters onder een laag zand zijn bedolven. Echter, in de kooien waar dit niet geval was, lag het overlevingspercentage van de dieren op 80%. Een hoopvol resultaat: wanneer de omstandigheden goed zijn, kunnen oesters goed gedijen in een windmolenpark op de Noordzee. Het lijkt er dus op dat sterfte te maken heeft met het ontwerp van de kooien. Dit design bleek niet geschikt voor de condities in dit windpark. Uit de groei van de oesters blijkt wel dat er potentie is. Bij zowel de levende als dode oesters troffen de onderzoekers zogenaamde groeiranden aan. Komende weken wordt in het laboratorium meer onderzoek gedaan. Het ontwerp van de kooien gaat daarna opnieuw naar de tekentafel.
Volop leven
Tijdens de monitoring zijn ook onderwateropnames gemaakt. Op deze beelden is te zien dat er volop leven is rondom de kooien. De onderzoekers troffen daar soorten als krabben, mosselen, anemonen, zeesterren, steenbolken en pijlinktviseieren. Tot blijdschap van de wetenschappers: de ontwikkeling van oesterbanken heeft ook potentie voor andere soorten.
Droomfonds
Dankzij een bijdrage uit het Droomfonds van de Nationale Postcodeloterij wordt het onderzoek en de aanleg van onderwaternatuur vanaf 2020 uitgebreid naar andere windmolenparken. Naast oesters, gaan de organisaties daar ook onderzoek doen naar levende riffen met andere schelpdieren. Zo kan voor het eerst op grote schaal onderzoek worden gedaan naar ontwikkeling van onderwaternatuur in windmolenparken. De geleerde lessen van de oesterproef in Luchterduinen worden daarin meegenomen. Stap voor stap komen de natuurorganisaties zo tot de meest gedegen én bewezen aanpak voor terugkeer van oesterriffen in de Noordzee. Kijk voor meer informatie op De Rijke Noordzee.