Onzeker compromis over stikstofuitstoot normen zeescheepvaart - Stichting De Noordzee

De 66e zitting van de milieucommissie van de Internationale Maritieme Organisatie (de VN organisatie voor de scheepvaart) deze week in Londen heeft voor de Noordzee en haar kustbewoners niets opgeleverd. Een voor de luchtkwaliteit en nvies schipatuurbehoud noodzakelijke terugdringing van de uitstoot van stikstofoxiden (NOx) is voor onbepaalde tijd uitgesteld. Stichting De Noordzee vindt dat Noordzeelanden nu gezamenlijk per 2016 stikstof beperkende maatregelen moeten nemen en zich niet afhankelijk moeten opstellen van Rusland en andere Baltische staten.
Tijdens de vorige zitting van de milieucommissie, najaar 2013, dwarsboomde Rusland samen met een groot aantal landen het voornemen om de Noordzee en Baltische Zee tot NOx Emission Control Area (NECA) te maken per 2016. De Verenigde Staten gaan in dat jaar wel twee van zulke NECA’s invoeren. In een NECA wordt de uitstoot van NOx per schip met 75-90% teruggedrongen, door toepassing van uitlaatgasreiniging (katalysatoren of andere rookgas reiniging) of gebruik van LNG. Alleen nieuwe scheepsmotoren, gebouwd in 2016, hoeven in zo’n NECA aan deze normen te voldoen.
Positief punt is dat het oorspronkelijke voorstel van Rusland, uitstel zonder duidelijkheid over een alternatieve NECA ingangsdatum, van tafel is geveegd. Met het compromis dat deze week is gesloten zou er in principe eerder een NECA in de Noordzee kunnen komen, maar dat is hoogst onzeker als Noordzeelanden zich afhankelijk van de Russen blijven opstellen. Stichting De Noordzee vindt het onbegrijpelijk dat Nederland, met een van de hoogste NOx gehaltes ter wereld, zich niet sterker laat horen. “Nederland, andere Noordzee landen en de Europese Commissie zouden zich in het belang van volksgezondheid, natuurbescherming en de haven- en ladingeigenarensector moeten beraden op snelle actie. Er is nog een lange weg te gaan naar Clean Shipping,” aldus Edo Donkers, projectleider scheepvaart bij Stichting De Noordzee.
Het uitstellen van de NECA en NOx normen is een discutabele beslissing van de IMO, die zichzelf ziet als een effectieve regelgever van de internationale scheepvaart. Als er niet snel een invoerdatum van een Noordzee NECA komt, is het imago dat de scheepvaart zelf zich graag aanmeet, een schone vervoersmodaliteit, met torenhoge emissies van zwavel en NOx echt achterhaald. Al over zes jaar is de zeescheepvaart de grootste Europese bron van NOx. De Rotterdamse en Antwerpse haven en lading eigenaren (verenigd in de EVO) lieten in maart al weten sterk voor een invoering van een Noordzee NECA per 2016 te zijn. Zelfs dan zal het met een levensduur van scheepsmotoren van 25 jaar of meer nog lang duren voordat effecten merkbaar zijn.
De argumenten om de uitstoot normen en NECA gebieden uit te stellen zijn binnen de IMO gepresenteerd als ’technisch’, maar zijn in feite puur gedreven door korte termijn belangen. Rusland is bang dat bij instelling van een NECA in de Baltische zee het scheepvaartverkeer naar Rusland benadeeld wordt. Rusland en andere IMO lidstaten beargumenteren dat er geen bruikbare technologieën zijn. Er varen echter wereldwijd al meer dan 500 schepen rond met katalysatoren, dus ontbrekende techniek is geen reden om de NECA uit te stellen.
Clean Shipping
Stichting De Noordzee zet zich al tientallen jaren in voor een schonere zeevaart. Bijvoorbeeld door het Clean Ship beleidsmodel dat al haar weg vond in vele (inter)nationale beleidsstukken en de Clean Shipping Index (CSI). De CSI biedt aan ladingeigenaren een transparant systeem om het schoonste zeevervoer te kiezen.
Lees ook:
Noren steunen Russen in uitstel stikstof-norm
Rusland krijgt stikstofgebied van tafel