Een kwetsbaar gebied
Het Waddengebied is een uniek en kwetsbaar gebied. Daarom dienen de partijen die er actief zijn, daar in hun handelen rekening mee te houden. Om de bescherming van het Waddengebied verder vorm te geven, kan gebruik worden gemaakt van de bijzondere status van het gebied. Zo is het gebied als UNESCO Werelderfgoed aangewezen en door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) als een kwetsbaar zeegebied, oftewel een Particularly Sensitive Sea Area (PSSA). Dit kan gebruikt worden bij het bepalen van beschermingsdoeleinden.
Dat (aanvullende) bescherming van het gebied noodzakelijk is, werd onder andere duidelijk door de containerramp met MSC Zoe in januari 2019. Nadat het containerschip 342 containers verloor vlak bij de Nederlandse kust, lagen de stranden van enkele Waddeneilanden bezaaid met afval – en dat afval spoelt ruim drie jaar later nog steeds aan.
Doelen en uitkomsten
Het uiteindelijke doel van de organiserende partijen is het opzetten van een vrijwillige trilaterale samenwerking tussen havens en ngo’s uit Nederland, Duitsland en Denemarken. Het Waddengebied behoort tot deze drie landen en aangezien milieuproblemen zich niet aan landsgrenzen houden, heeft een internationale samenwerking de voorkeur. Stichting De Noordzee wil dat ngo’s en havens als partners samenwerken om de unieke waarden van het Waddengebied te beschermen en te behouden. Dit kan gebeuren door verschillende drukfactoren te verminderen, afhankelijk van waar de prioriteiten liggen.
Om de samenwerking succesvol vorm te kunnen geven, is het belangrijk om van eerder gemaakte afspraken te leren en deze analyse mee te nemen in het proces voor een nieuw toekomstig initiatief. Ook is het verstandig om vooraf de interesses en prioriteiten van verschillende beoogde deelnemers te peilen. Stichting De Noordzee organiseerde de online workshop zodat we deze onderwerpen met elkaar konden bespreken.
De workshop
In het eerste deel van de workshop blikten deelnemers terug op bestaande initiatieven die in 2018 ondertekend zijn. Er werd een toelichting gegeven op het Pact van Marrum, een Nederlands initiatief tussen havens en ngo’s. Ook werd de Letter of Intent besproken, een samenwerkingsovereenkomst tussen havens in de drie landen. In het tweede deel van de workshop wierpen we een blik op de toekomst. Als we een trilaterale samenwerking tussen havens en ngo’s willen opzetten om de waarden van het Waddengebied te beschermen, dan zijn er namelijk kansen en uitdagingen waar we nu al rekening mee kunnen houden.
Volgens de deelnemers is het vooral belangrijk om onduidelijkheden weg te nemen tussen ngo’s enerzijds en havens anderzijds. Voor een succesvolle samenwerking moet er namelijk sprake zijn van wederzijds begrip en vertrouwen, iets waar het soms nog aan ontbreekt. Zo hebben ngo’s regelmatig het idee dat havens elkaar echt zien als concurrenten, wat niet bijdraagt aan effectieve milieubescherming. Volgens de havens in het Waddengebied valt dit mee en zien de ngo’s vaak niet in wat zij allemaal al doen voor het milieu. Ook qua communicatie valt er dus nog veel te winnen.
Het duidelijk benoemen van wensen in de samenwerking is belangrijk, maar ook het benoemen van ongewenste resultaten. Daarnaast moet er bij het opstellen van de samenwerking duidelijke en meetbare doelen worden gedefinieerd, zodat aangetoond kan worden dat de beoogde resultaten de investeringen waard zijn en het proces achteraf ook beoordeeld kan worden. Deze doelen dienen gemeenschappelijk te zijn. Zo krijgen alle deelnemende partijen een houvast om hier ook echt naartoe te werken.
Een toekomstige samenwerking
Het bijeenbrengen van deelnemers en het delen van ervaringen uit eerdere samenwerkingen helpt bij het toewerken naar de concrete inhoud van de beoogde trilaterale samenwerking tussen havens en ngo’s in het Waddengebied. De Trilaterale Ministersconferentie, die eind november plaatsvindt in Wilhelmshaven (Duitsland), zal onder andere in het teken staan van het presenteren van de samenwerking zoals deze tot dan toe vorm heeft gekregen. Stichting De Noordzee zal als projectpartner aanwezig zijn bij deze conferentie en richt zich in de tussentijd specifiek op het betrekken van partners bij de samenwerking.