Inmiddels bijna anderhalve week geleden, ontdekte Shell een lek in een olieleiding in een veld in het Schotse deel van de Noordzee. Volgens olieconcern Shell zijn er belangrijke vorderingen gemaakt bij het stoppen van de olielekkage. Het zou gelukt zijn de klep te sluiten waaruit olie in zee stroomde. Daarmee zou het lek gedicht moeten zijn.
Inmiddels waren er echter wel ruim 1300 vaten olie in de Noordzee gestroomd. Deze olie drijft op het wateroppervlak en kan groot effect hebben op locale zeevogels en ander onderwaterleven. De eerste olievogel werd vorige week al aangetroffen. Olie verspreidt zich snel over een groot zeegebied en plakt aan veren van vogels en is giftig voor zeedieren.
Shell geeft aan (zie hier) dat er sinds het dichten van het lek geen olie meer vrijkomt. Daarnaast biedt Steve Harris, hoofd external affairs & communications bij Shell Upstream International Europe, zijn excuses aan voor het lek en voor de slechte communicatie naar de buitenwereld. De pijp was meer dan 30 jaar oud en was overgeslagen bij het testen van de kwaliteit van de leidingen.
Stichting De Noordzee vindt het onacceptabel dat er onderdelen van platforms en leidingen kunnen worden overgeslagen bij kwaliteitstesten. Ongelukken zoals deze zijn blijkbaar te voorkomen. Het gevaar voor het zeeleven is zeer groot. Olie is een uitermate giftige stof die niet zomaar uit het milieu verdwijnt. Juist bij oude pijpleidingen zouden de controles versterkt moeten worden om dergelijke ongelukken in de toekomst te voorkomen.
De komende jaren zullen er alleen maar meer oude leidingen bijkomen, omdat de platforms op de Noordzee ouder worden en vooralsnog weinig worden afgebroken. Het beëindigen van de levensduur van de platforms en leidingen mag geen excuses zijn voor verminderd toezicht op problemen.
Shell dicht olielek en biedt excuses aan
leestijd: < 1 minuut