8 februari jl. berichtten we over een bijzondere zaak. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste in de rechtbank in Rotterdam boetes tot 750.000 euro tegen zes ondernemingen, die tot het Nederlandse Seatrade concern behoren. Tegen de leidinggevenden van twee ondernemingen eiste het OM gevangenisstraffen tot zes maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk. De rechtbank heeft vandaag zes vennootschappen van het Seatrade concern en twee van haar bestuurders veroordeeld tot geldboetes van € 50.000 tot € 750.000. Daarnaast is aan deze bestuurders een beroepsverbod opgelegd. Zij mogen een jaar lang het beroep van bestuurder, commissaris, adviseur of werknemer bij een rederij niet uitoefenen. Een derde bestuurder is vrijgesproken.
Wat deze zaak bijzonder maakt is dat het de eerste strafrechtelijke vervolging is. Dat geeft een stevig signaal af aan de maritieme sector dat deze vorm van milieucriminaliteit echt niet langer meer kan. Dit stelt een voorbeeld voor de rest van Europa.
We hopen dat deze zaak een voorbeeld stelt voor de maritieme sector en dat hiermee duidelijk wordt dat rederijen verantwoordelijkheid moeten nemen voor veilige en schone recycling van oude schepen.
We roepen daarnaast op tot een bredere maatschappelijke discussie waarbij ook de ketenpartners betrokken raken. Banken en investeerders kunnen eisen stellen bij financiering en ladingeigenaren bij het contracteren van rederijen.
Door de praktijken in Bangladesh en Inda heeft de recycling sector een slechte naam, maar als het op een gecontroleerde en milieuvriendelijke manier gebeurt dan is dat niet nodig. Dan kan het zelfs bijdragen aan een circulaire economie.
#Shipbreaking: Rotterdam court convicts #Seatrade. First time EU ship owner is held criminally liable for illegal export of toxic ships to South Asian beaches. Clear message sent to shipping industry and important precedent set. More info soon. pic.twitter.com/MJQlt5Weoz
— ShipbreakingPlatform (@NGOShipbreaking) 15 maart 2018
Kijk hier de reportage die EenVandaag over de zaak maakte terug.